13 mei 2019

Werkende ouders met jonge kinderen hebben vaak recht op de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK). De voorwaarden hiervoor luisteren echter nauw. Hoe kunt u hier zo goed mogelijk rekening mee houden?

Heffingskortingen. Ons belastingstelsel kent een aantal heffingskortingen, waarvan de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) er een is. Deze is voor werkende jonge ouders. Er gelden wel diverse voorwaarden. Dat betekent dat lang niet iedereen er recht op heeft. Ook als u denkt er wel recht op te hebben, kan dit in de praktijk anders uitpakken, zo bleek onlangs voor de rechter. Wat speelde er en hoe kunt u hier zo goed mogelijk rekening mee houden?

Omvang en voorwaarden IACK

De IACK bedraagt 11,45% (2019) van uw arbeidsinkomen, voor zover dat meer is dan € 4.993, met een maximum van € 2.835. De IACK is bij een lager inkomen dus nihil. U heeft recht op de IACK als u voldoet aan de hiernavolgende voorwaarden.

  • U heeft een kind dat geboren is na 31 december 2006.
  • Dit kind staat in 2019 ten minste zes maanden ingeschreven op uw woonadres.
  • Als u co-ouder bent, mag uw kind ook ingeschreven zijn op het adres van de andere ouder. U bent co-ouder als uw kind ten minste drie dagen per week bij u woont en ten minste drie dagen per week bij uw ex of als uw kind om en om één week bij u en bij uw ex woont.
  • U werkt en uw inkomen uit werk is in 2019 hoger dan € 4.993 of u heeft recht op de zelfstandigenaftrek.
  • U heeft geen fiscale partner of u heeft minder dan zes maanden een fiscale partner. Heeft u langer dan zes maanden een fiscale partner, maar is uw inkomen lager dan dat van uw fiscale partner, dan heeft u ook recht op de korting.

Het luistert nauw! Dat de voorwaarden nauw luisteren, bleek weer eens bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:2019:2609) . Een gescheiden collega van u claimde de IACK, maar bleek niet te voldoen aan de voorwaarden. Zijn dochter was gedurende de ene week vier dagen bij hem en de overige dagen bij haar moeder, waar ze ook stond ingeschreven. In de andere week verbleef het kind maar twee dagen bij hem en de overige dagen bij haar moeder. Weliswaar verbleef het kind dus zes van de veertien dagen bij uw collega, maar formeel geen drie dagen per week. Pech dus.

Wijzigingen IACK per 2019

De IACK is dit jaar overigens verminderd voor personen met een laag inkomen. De IACK wordt voortaan namelijk vanaf een arbeidsinkomen van € 4.993 opgebouwd vanaf nihil, terwijl tot dit jaar vanaf een inkomen van € 4.993 al recht bestond op een IACK van € 1.052. Daarnaast kan van de IACK nog maar maximaal 26,7% worden verzilverd via de partner, indien het eigen inkomen te gering is om de hele IACK te kunnen incasseren. Ook dit is nieuw in 2019.

Goede afspraken tussen co-ouders!

De uitspraak leert dat de voorwaarden van de IACK strikt moeten worden geïnterpreteerd en maken het noodzakelijk dat co-ouders hiermee rekening houden. Voor de IACK gaat de Belastingdienst er overigens van uit dat een ‘week’ een periode van zeven dagen is, die op iedere willekeurige dag kan aanvangen. Verder verstaat men onder ‘dagen’ perioden van 24 uur, die op ieder willekeurig moment kunnen aanvangen.

Houd bij co-ouderschap en het recht op de IACK rekening met de eis dat uw kind minstens drie dagen per week bij u moet verblijven. Een week is daarbij een periode van zeven dagen, een dag is een periode van 24 uur. Houd daar rekening mee bij de afspraken, want de voorwaarden luisteren zeer nauw.